maandag 4 februari 2008

kloosterwijsheid voor hardlopers

Dit artikel schreef ik voor het clubblad van de Runnersclub Woerden...niet geplaatst!....
dan maar hier:

Kloosterwijsheid voor Hardlopers.
Over het combineren van hobby’s.

Tijdens het lopen ontstaan vaak diepe gesprekken.
Dat heeft te maken met stofjes die bij duursport ontspringen tussen de oren, heb ik pas gelezen.
Hoe dan ook, het geeft hardlopen een extra dimensie.
Zo vroeg een medeloper mij pas hoe het toch kan, dat ik zo verschillende hobby’s combineer; ik had hem verteld van mijn regelmatige kloosterbezoeken die ik nu al zo’n 12 jaar volhoud. Ook hardlopen doe ik vanaf mijn 40ste en omdat ik nu 52 ben, is er een zekere verhouding tussen die 2 bezigheden te verwachten.

Ik probeerde hem dat uit te leggen, maar omdat het geen duurloop was heb ik nog wat ruimte nodig in het clubblad.

In het klooster waar ik regelmatig kom (Abdij Affligem in Belgie) geldt de Kloosterregel van Benedictus van Nursia. Dat was een wijze Italiaan uit de zesde eeuw die begreep hoe mensen in een klooster, dus in teamverband / clubverband konden samen leven. Om dat vast te leggen schreef hij zijn Regel van Benedictus en deze regel is nog steeds de basis voor veel hedendaagse kloostergemeenschappen.
Maar ook veel management cursussen, die in onze tijd gegeven worden, gaan terug op deze Regel. Als je ‘Regel van Benedictus’ googelt zul je verbaasd zijn.
“Ik ben daar niet zo verbaasd over, want als een bepaalde visie het meer dan 15 eeuwen volhoudt dan moet daar toch veel wijsheid in zitten”, zei ik onder het hardlopen.
Ken Uw Klassieken.
In de Regel zijn 3 kernbegrippen terug te vinden: de Stabilitas, de Obedientia en Conversio Morum. Benedictus schreef natuurlijk in het Latijn en ik probeer deze begrippen voor de niet-Latinisten onder ons te vertalen naar onze tijd.
En meteen de link te leggen met mijn andere hobby: hardlopen bij de Runnersclub Woerden.
Stabilitas heeft te maken met trouw zijn, niet te snel opgeven, niet afhaken, stabiliteit .De monniken moesten dat plechtig beloven als ze het klooster in gingen. Dit is toch ook een mooi uitgangspunt voor hardlopers, ben je er eenmaal aan begonnen dan is het goed om vol te houden; ben je lid van een club? Probeer er bij te blijven, zet je er voor in, doe wat taken en taakjes die bij jou passen.
In het bedrijfsleven heet dat nu loyaliteit, of ‘commitment ‘.
Obedientia kan gekoppeld worden aan: gehoor geven aan de ander, aandacht hebben, luisteren en openstaan voor wat gezegd wordt. In het klooster geldt dat voor de verhouding monnik – abt; in de Runnersclub geldt dat natuurlijk voor onze houding ten aanzien van De Trainer.
Maar ook voor de manier waarop leden onderling met elkaar omgaan.
En de Conversio Morum slaat op de ommekeer van gewoontes: je moet, zegt Benedictus, in je dagelijks leven kleine, maar haalbare verbeteringen zien aan te brengen, bewust nieuwe routines ontwikkelen om zo de kwaliteit van je leven en werk te verbeteren.
Nou, dat is toch ook een prachtig uitgangspunt voor hardlopers? Kleine, haalbare verbeteringen aanbrengen in je trainingen en je prestaties!
Benedictus leert, dat al je taken en activiteiten met aandacht moeten gebeuren. Of je in het klooster de aardappelen schilt ,de bijbel leest of de gang schrobt: doe het bewust, met aandacht en probeer er het beste van te maken.
Kwaliteitsmanagement heet dat nu.
Of je nu de training voorbereidt, of het RCW - clubblad maakt, thee zet, de vuilnisbak leegt of de financiën regelt: doe het goed en doe het aandachtig.
Er zijn wel ongelijke taken, maar ze zijn allemaal gelijkwaardig!
En ondertussen leert Benedictus dat alle activiteiten met mate (ne quid nimis) moeten plaats vinden. Voor het kloosterleven geldt:
- bidden moet, maar niet te veel dan word je godsdienstfanaat… (Ora…)
- werken moet, maar niet te hard, dan word je overspannen (et Labora)
- studeren moet, maar met mate, anders word je wereldvreemd
- eten, drinken en slapen moet, maar niet teveel…. Logisch, zelfs al in de 6e eeuw
En ik voeg er aan toe: trainen moet, maar niet te veel, want dan krijg je blessures.
Benedictus heeft een strak time-management ontworpen, met vaste tijden, afwisseling en regelmaat. Benedictus wil daarmee bereiken dat zijn monniken niet zozeer gericht zijn op het afhebben van het werk, maar op het werk zelf.
Ik zie dat terug in onze club: vaste tijden, afwisselende trainingen, zo nu en dan eens een leuke loop op locatie of een uitstapje naar Oostenrijk of Terschelling.
En niet de eindprestatie is het belangrijkst als wel de weg daar naar toe.
Ook het serieus nemen van een moment van ontspanning en het thee drinken na de training past helemaal in deze visie.
De laatste wijsheid van Benedictus die ik wil noemen is de Murmuratio.
Benedictus leert in zijn Regel dat de grootste zonde in het klooster is dat er onderling gemopperd en geroddeld wordt.
Deze Murmuratio vergiftigt de groepssfeer en ondermijnt de organisatie. Het lost ook niets op. In ‘mijn’ klooster, waar zwijgplicht is, kan dat gemopper alleen gebeuren onder het vaatwassen.
Als er ‘Murmuratio’ ontstaat, dan zal een goed leider daar alert op zijn en er iets mee doen. Dus op z’n minst: meedoen met het vaatwassen!
Gelukkig merk ik vrijwel nooit iets van murmuratio in de RCW, maar het is een wijs woord om er alert op te zijn, zowel voor bestuur als leden.

Zo is mijn bijdrage in het Nieuwjaarnummer van ons clubblad nog een heel filosofisch stuk geworden. En volgens mij is de Benedictijnse spirituele wijsheid weinig zweverig, maar zo nuchter als wat, geen woorden maar daden.
Ben je nieuwsgierig geworden naar de wijze gedachten van Benedictus? Gga dan nog maar eens verder kijken op internet of leen boekjes van mij die er over gaan.
Of nog aardiger, ga een keer mee naar het klooster om meer van dit soort wijsheden op het spoor te komen.

Met sportieve groet,
Jan Uittenbroek.